Hoe wat ik dacht dat er ging gebeuren nooit gebeurde. Integendeel.
“Een Olifantje. Hij is een Olifantje.” Twee weken lang kon ik het niet zeggen zonder in huilen uit te barsten. Mijn zoon, mijn baby, bijna drie maanden oud, was ingedeeld bij de Olifantjes. Zijn groep op het kinderdagverblijf.
Nog niet zo lang geleden was het knokken voor een plekje op het kinderdagverblijf bij mij in de straat. De wachtlijsten waren lang. Ik had geluk dat hij er drie dagen in de week naartoe kon. Hartstikke blij was ik! Tot het moment daar was. Drie maanden na zijn geboorte. Ik moest opeens bij elke gedachte aan het kinderdagverblijf huilen. Van schuldgevoel, van overspannen hormonen, van slaapgebrek. Van stress en angst. Moeder worden voelde voor mij als zo’n groot geluk dat ik ging verwachten dat er snel iets heel ergs zou gebeuren. Om het weer gelijk te trekken.
Too good to be true.
Toch was het dat niet. Ik ging weer werken, mijn zoon ging drie dagen per week naar zijn groep. Hij deed het goed. Ik ook. Ik zette een bedrijf op. Ik deed freelance klussen. Elke avond als hij sliep stalde ik weer mijn werk uit op de keukentafel. De kaars brandde aan beide kanten. Voluit. Ik was alleenstaand moeder. Ik was gelukkig, uitgeput, gehaast, superefficiënt en ik huilde elke dag even. Tijdens het kolven. Of in de auto. Tijd over, dat had ik niet. Nooit.
Toen kreeg ik een aanbod. Een dag extra op het kinderdagverblijf. Viér dagen per week. Het voelde als een klap in mijn gezicht. Had ik dat ooit aangevraagd? Nee toch? Het sluimerend schuldgevoel dat alle moeders kennen stak meteen de kop op. Kan dat wel?
Ook mijn omgeving keek er zuinig bij. Dat is toch alleen voor ontaarde moeders? Dan zit hij daar vaker dan thuis! Dat is toch zielig? Gaat dat niet ten koste van de band met je kind? Guess what? Ik heb het gedaan. En het resultaat was overweldigend.
Mijn zoon vond het fijn. Hij wist waar hij aan toe was en voelde zich thuis. Hij groeide als kool. Hij deed er zijn eerste stapjes. Hij zei er waarschijnlijk zijn eerste woordje.
(Elke avond las ik jaloers in zijn schriftje wat hij allemaal geleerd had, dat wel.)
En ik had eindelijk tijd. Om een betere balans te krijgen. Meer te slapen. Me echt 100% te focussen op mijn werk in plaats van me altijd zorgen te maken over tijdgebrek. Die extra dag bracht me rust, regelmaat en de kans om te leven in plaats van te overleven.
Ik zag het in mijn werk: ik werd er beter van. Creatiever. En dat alles terwijl mijn kind verzorgd, vermaakt, en deels opgevoed werd. Door ontzettend aardige, slimme juffen, die dol op hem waren.
Op een dag riep ik uit de keuken: “wil je nog iets drinken?”, en hoorde ik “Nee dank je mama”. Stomverbaasd was ik. Ik hou van beleefd. Maar dát had hij niet van mij geleerd.
Over een half jaar gaat mijn zoon naar school. Hij gaat nu nog 4 dagen per week naar de Olifantjes. Altijd met plezier. Hij heeft er nu drie aller-aller-beste vrienden. Regelmatig zegt hij: mama kijk ik sta als een flamingo! Geleerd op yoga. Op het kinderdagverbijf.
En ik heb én een bedrijf waarin ik kan doen wat ik het liefste en beste doe, én heb het verschrikkelijk leuk met mijn zoon. Het werkt, het kan, het lukt. Ik heb het geflikt. Met geluk, met hulp, en met veel dank aan het kinderdagverblijf.
Vooral dat laatste.
Door een moeder verteld: het verhaal van Elisabeth
Elisabeth Griffioen is moeder van een zoon van 3,5 en woont in Utrecht. Ze is ook De Videovakvrouw. Ze zorgt ervoor dat coaches écht kunnen laten zien wat ze doen en wie ze zijn met een mooie video met een doordacht concept. Daardoor komen hun ideale klanten vanzelf naar ze toe.
[clear/]
7 reacties
Wow, Elisabeth, wat een goed blog!
Ik voel me meteen een stuk beter (heb net een derde dag voor m’n kinderen geregeld) ;-).
Tranen in mijn ogen! Dank je voor het delen!
Heerlijke blog!
Wat een mooi geschreven blog. Als moeder voel ik met je mee. Voor mij ook een mooi compliment dat ik als gastouder toch ook echt een mooi beroep heb en een dankbaar beroep heb!
Je stuk heeft mij enorm geholpen; ik ga een lang geleden geschreven blog eindelijk morgen plaatsen. Want ja; ik ben een leukere moeder als ik soms, heel af en toe, even geen moeder hoef te zijn. Het is jammer dat er heel veel mede-moeders kritiek leveren, want ik kon daar enorm onzeker van worden. En durfde dus niet toe te geven dat het mij soms allemaal wat zwaar viel. Het gevolg? Ik werd een chagrijnig, verslonsd monster die zich soms moest inhouden om niet te gaan schreeuwen tegen mijn dochter.
En nu heb ik het toegegeven. En het is alsof er weer een zonnetje is gaan schijnen ergens. Ik hoef geen non stop moeder te zijn om een goede moeder te zijn. Mini heeft het prima bij oma of bij papa. En die redden zich best zonder mij, zodat ik eens door kan werken, alleen de stad in kan of lang in bad kan liggen.
Hulde en enorm respect voor jouw openheid! Je help er velen mee!
Mooi geschreven en een hart onder de riem voor de ontwikkeling van kinderen en moeders!!!
Dank voor alle mooie reacties! Jessica, waar kunnen we je blog lezen?